Showing posts with label holland. Show all posts
Showing posts with label holland. Show all posts

Wednesday, 8 February 2012

IJspret

Toen ik, na alle sneeuwpret van de afgelopen week, in een pan met erwtensoep stond te roeren, moest ik toch even gniffelen. Wij Hollanders kunnen er ook wat van, rare namen bedenken voor eten. Later aan tafel waren de kinderen snertvervelend, en weigerden ook maar een hap te eten van de met liefde, zorg, en door oma geïmporteerde spliterwten en worst bereide soep. Ik vreesde meteen dat alles wat ik kon bedenken in het Oud-Hollandse-rare-namen-thema eenzelfde lot zou ondergaan. Blote billetjes in het gras? Nee, teveel groen, en witte bonen blieven ze alleen in tomatensaus. Raasdonders met spek? Helaas, kapucijners noch spek zijn hier te krijgen. Hete bliksem bevat dan wel een kinderfavoriet, de appel, maar na het gematigde succes van de boerenkoolstamppot had ik toch mijn twijfels. En hutspot, met of zonder klapstuk, daar krijg je mama niet aan. Met geen stokken. En ook aan balkenbrij of zure zult heeft ze weinig boodschap.

We kunnen het beter zoeken in toetjes en zoetigheden. Hemelse modder, Haagse Bluf of hopjesvla. Poffertjes. Wentelteefjes. Ja, dat lusten de heren en dames hier wel. Maar de eieren zijn op.

Voortdromend denk ik opeens terug aan die dag, jaren geleden. Ik en een collega van de marketingafdeling aan een grote tafel, overladen met lekkers. Haagse hopjes, bitterkoekjes, Weesper moppen, vlaaien, stroopwafels, Bossche bollen, drop, karnemelk, griesmeelpudding en appeltaart. En nog veel meer. We waren aan het brainstormen. Of beter gezegd, aan het 'mouthstormen'. De mollige marketingdame lustte er wal pap van, deze Hollandse toetjes. Ook van het resultaat dat ik haar een maand later in de proeffabriek voorzette. In gedachten ben ik weer in dat gezellige fabriekje in het oosten des lands. Ik herinner me, nee ervaar, de uitdaging weer. Hoe ik, als glutenpatiënt, die stroopwafels al jaren moest missen, ijs ging maken dat smaakte naar stroopwafel. IJs dat ik kon zelf eten. Nou ja, behalve dan die voor de sier op de top gestrooide koekkruimels.

Om dit staaltje productontwikkeling voor elkaar te krijgen moesten we op zoek naar de essentie van de stroopwafel. Die zat in een onverwachte hoek. Uiteraard begonnen we met stroop, echte Hollandse pannenkoekenstroop. In het ijs, een scheutje, niet teveel, dan kreeg je pannenkoekenijs. Een zweempje vanille gaf de wafelsmaak. Vervolgens bedruipten we het resultaat rijkelijk met romige, zoete karamelsaus. Het gaf lekker product, dat deed denken aan stroopwafel. Maar het was hem nog, net, niet helemaal. Tot, opeens, eureka. Een snufje kaneel maakte ons product af en het resultaat, lieve lezers, is geschiedenis. Het product werd een van de best verkopende van het ijsmerk, dat toch al het grootste van Nederland was.

Het was een mooie tijd, daar aan de oever van de Regge.

Ik leerde netjes afwegen, in plaats van een snufje hier, een kloddertje daar...

Met geëxperimenteer leer je meer

Het eindresultaat rolt van de band. Elke keer weer spannend.

Anders dan de reclame deed geloven maakten jongedames, niet oude heren de dienst uit bij de afdeling productontwikkeling van Hertog!

Het product werd te pas en te onpas gekopieerd, door concurrenten, goedkope huismerken en ambachtelijke ijssalons. En weet u? Ik ben daarop best een beetje trots. In al mijn bescheiden Hollandsheid. Als klap op de vuurpijl werd het product geëxporteerd naar andere landen, waaronder het Verenigd Koninkrijk waar het, zeer succesvol, in de winkel ligt als caramel-cinnamon waffle ice cream. Zodat ik nu, als het buiten niet zo verrekte ijzig was, meteen naar de winkel zou rennen om het te kopen en het volgende recept te maken. Want, al zou u anders verwachten, ijs is een ideaal nagerecht na buitenpret in barre kou. De suiker vult de voor de inwendige kachel broodnodige energie aan. Niet voor niets eten de Scandinaviërs het meeste ijs van heel Europa.

Met, een hele belangrijke tip voor al mijn glutenvrije lezers: je kunt dit ijs gewoon eten, mits je de koekruimels bovenop netjes verwijderd. Ze zijn omhuld met een laagje vet om te voorkomen dat ze nat en zompig worden en ‘besmetten’ het ijs dus niet, al houd ik zelf graag een ruime veiligheidsmarge aan. Er is mij verteld dat ze sowieso weinig bijdragen aan het eetgenot van het product. Zompig worden ze toch wel. De stroopwafels laat je dan natuurlijk weg.


Stroopwafelijstoetje met warme karamelkaneelsaus

1 bak Hertog stroopwafelijs
een paar stroopwafels

Voor de karamelsaus:
250 g suiker
150 ml slagroom
50 g boter
snufje kaneel

Haal eerst het ijs uit de vriezer. Het is het lekkerst als het ietsje opgewarmd is.
Maak dan de saus. Doe de suiker in een pan met een dikke bodem en voeg 4 eetlepels water toe. Roer op een niet te hoog vuur tot de suiker is opgelost. Draai het vuur dan hoger en laat het mengsel een minuut of 3, 4 bubbelen, zonder te roeren, tot je karamel hebt. Draai het vuur uit, en voeg de room en de boter al roerende toe. Voeg op het laats een heel klein snufje kaneel toe.

Schep op elk bord een paar bolletjes ijs. Snijd de stroopwafels in driehoekige punten, in de vorm van een ijswafeltje. Steek ze in het ijs en bedruip rijkelijk met de saus.


Noot aan mijn ex-werkgever: voordat jullie mij aanklagen voor het weggeven van het geheim van het stroopwafelijs, dank me eerst voor de gratis reclame...