
De tuin was een chaos, vol dood hout, verdord groen en onduidelijke rommel. We gingen opruimen. En, als je opruimt, vindt je altijd van alles. Zo vonden wij in onze wintertuin onverwachte schatten, zowel boven als onder de grond. Her en der staken bruine dorre stengels omhoog, en juist daar staken we onze riek de grond en spietsten we het witte goud naar boven: Aardperen.


Intussen gingen wij verder voor de volgende oogst: de spruitjes.


Na het werk in de tuin volgde het werk in de keuken. In dit seizoen kon ik er eigenlijk maar een ding van maken. Ik combineerde ze met spek en mandarijn tot een heerlijke warme wintersalade. Je kunt uitgebreid variëren met dit recept. Het heeft een heerlijke balans van zout (spek), bitter (spruiten), zoet (aardperen) en zuur (de mandarijnen). De paranoten geven textuur. De aardperen kun je, als je ze niet kunt krijgen, vervangen door nieuwe aardappeltjes. De spruiten door een andere koolsoort, bijvoorbeeld broccoli of groene kool. Als je geen vlees eet kun je het spek vervangen door paddestoelen. In plaats van mandarijn kun je sinaasappel gebruiken, en alhoewel de aardse smaak van de paranoten goed bij de combinatie past zal een ander soort noten ook de benodigde crunch geven.

Warme wintersalade met aardpeer, spruiten en mandarijn
Handvol aardperen
2 handen spruitjes, als je het hebt ook het bijbehorende groen
spek
1 ui
handje verse of 1 theelepel gedroogde tijm
3 of 4 mandarijnen
handje paranoten , grof gehakt
Maak de spruiten en aardperen schoon en blancheer ze tot eventjes ze zacht zijn, ongeveer 5 a 10 minuten. In plaats van ze van tevoren te schillen kun je de schil na het blancheren met je handen van de aardperen te trekken. Snijd ze in stukken van een paar cm. Zijn de spruiten vrij groot snijd ze dan doormidden. Snijd de ui doormidden en dan in fijne ringen. Verhit wat olijfolie en fruit de ui hierin zachtjes lichtbruin. Voeg dan het spek toe, in stukjes, en bak een tijdje mee. Als het bruin is voeg dan, als je het hebt, het fijngesneden spruitengroen mee. Roer dan de aardperen en de spruiten erdoor en bak een tijdje tot alles warm is. Pel de mandarijnen en haal, als je hier het geduld voor hebt, ook de witte velletjes van de partjes. Gooi op het laatst de paranoten en de mandarijn door het gerecht. Maak af met de tijm en royaal zwarte peper.